Dat heeft het Centraal Planbureau (CPB) uitgerekend. Bij de huidige rentestand kost dit bestaande deelnemers ongeveer 60 miljard euro, terwijl in eerdere studies nog werd uitgegaan van 100 miljard. Er wordt in Den Haag al een tijd nagedacht over een hervorming van het pensioenstelsel. Een echte knoop is daarover nog niet doorgehakt. Maar het is wel duidelijk dat veel partijen af willen van de doorsneepremie, waarbij jong en oud een gelijke pensioenpremie betalen. Zo'n overgang is gunstig voor toekomstige pensioendeelnemers, maar ongunstig voor de meeste mensen die al midden in hun loopbaan zitten, aldus het CPB. Vooral veertigers zouden daardoor minder aanvullend pensioen gaan opbouwen. Zolang de rente op een laag niveau blijft, valt dit overgangseffect echter mee. De gemiste pensioenopbouw bedraagt in de eerste tien jaar na de overgang naar een nieuw systeem 2,25 miljard euro per jaar. Dit neemt geleidelijk af naar 0 euro in 2065, becijfert het CPB. De misgelopen pensioenopbouw voor bestaande deelnemers kan lager uitpakken, als de afschaffing van de doorsneepremie samenvalt met een overgang naar een pensioencontract met een lagere bufferopbouw. Dit komt doordat zij dan minder vermogen hoeven over te dragen aan toekomstige generaties.